In november 1944 gaat Jan met een verzetsvriend op pad om handgranaten te halen. Onderweg worden ze aangehouden door twee landwachters, Oosting en van Ommen. Er ontstaat een kort vuurgevecht, landwachter Kobus van Ommen zakt levenloos in elkaar.
Het gaat mis wanneer de ondergedoken Duitse soldaat zich enige dagen later op straat vertoont. De soldaat wordt door de Feldgendarmerie aangehouden en overgebracht naar het huis van bewaring in Assen. Tijdens het verhoor vertelt hij alles over zijn schuilplaats, de wapens, enz.
Kort hierna wordt Jan Brijan gearresteerd en ook overgebracht naar het Huis van Bewaring in Assen. Na verhoor, mishandeling en een vluchtpoging wordt Jan op 8 maart 1945 overgebracht naar Woeste Hoeve (gemeente Apeldoorn). Diezelfde dag wordt hij samen met 116 gevangenen gefusilleerd.
Deze executie is een gevolg van de (toevallige) aanslag op Hogere S.S. und Polizeiführer Hanns Albin Rauter in de nacht van 6 op 7 maart 1945. Rauter raakt hierbij zwaargewond.